Tuberculose is in de eerste decennia van de 20e eeuw een zeer besmettelijke ziekte. Ter illustratie: in 1913 noteert het CBS 76.867 sterfgevallen in Nederland, waarvan 8.753 ten gevolge van tuberculose. Limburg heeft in die tijd het hoogste tuberculose-sterftecijfer van het land. De opening van het Limburgsche Groene Kruis Sanatorium in 1921 wordt gezien als een zeer belangrijke stap in de bestrijding van de longziekte.
‘Openlucht rustkuur’
Voor 1930 bestaat de behandeling van de tuberculosepatiënten in het Limburgse sanatorium uit een ‘openlucht rustkuur’. Patiënten zitten voornamelijk buiten op stoelen en mogen, als ze koortsvrij zijn, drie kwartier wandelen. Ook mogen ze lichte werkzaamheden uitvoeren als ze koortsvrij zijn, zoals werken in de tuin of in de werkplaats.
‘Bedrust-kuur’
Na 1930 maakt de ‘openlucht rustkuur’ plaats voor de zogenaamde ‘bedrust-kuur’. Deze therapie staat geen enkele beweging toe. Patiënten verblijven de hele dag in bed. Soms jarenlang.
Operaties en medicatie
In de jaren 50 verandert de behandeling. Er zijn dan medicijnen en operatieve behandelingen tegen de ziekte. Ook in het sanatorium vinden operaties plaats. Patiënten herstellen aanzienlijk sneller van de ziekte. Vanaf de jaren 60 gaan veel patiënten voor behandeling al niet meer naar het Limburgse sanatorium maar naar het Laurentius Ziekenhuis in Roermond. Uiteindelijk stop het sanatorium met de opname van patiënten in 1974.
Stel ze aan ons klantcontactcentrum
(maandag t/m vrijdag van 08.00 tot 17.30 uur)